Meer startersleningen en tegelijkertijd minder vraag ernaar


Momenteel maken steeds minder jongeren gebruik van startersleningen, terwijl er in steeds meer gemeenten aangeboden worden. Uit cijfers van het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVN) blijkt dat het aantal gemeentelijke aanbieders van startersleningen steeg met 14 procent. Het aantal verstrekte leningen is met bijna 50 procent gedaald.

Aanvullende lening

Iedereen jonger dan 35 jaar, die een eerste huis koopt, komt in aanmerking voor een starterslening. Dit is een aanvullende lening, die je afsluit bij een gemeente. Op dit moment kun je voor een dergelijke lening terecht bij 236 gemeenten. Twee jaar geleden waren dat er nog 216. Een kanttekening daarbij is dat dit beeld licht vertekend is, vanwege samenvoeging van enkele gemeenten. Aan een starterslening zitten gunstige voorwaarden verbonden. Zo betaal je de eerste drie jaar geen rente en aflossing, je betaalt de lening binnen drie jaar in een keer af of je sluit hem over.

Minder jongeren sluiten af

De voorwaarden voor een starterslening klinken aantrekkelijk. Toch maken er steeds minder jongeren gebruik van. Uit cijfers van De Hypotheker blijkt dat tussen 2015 en 2017 het aantal jongeren dat een hypotheek afsloot, daalde met 35 procent. Het aantal afgesloten startersleningen daalde zelfs met 47,5 procent. In 2016 werden er nog 4420 afgesloten, in 2018 kozen 2315 jonge huizenkopers voor de aanvullende lening.

Niet in grote stad beschikbaar

Nadat enkele jaren geleden het door de overheid bestemde geld voor startersleningen op was, stellen diverse gemeenten inmiddels weer geld beschikbaar om starters te helpen. Omdat het belang daarvan gezien wordt. Behalve in de grote steden, zoals Amsterdam, Rotterdam en Utrecht. Deze gemeenten zijn bang dat de regeling voor starters ervoor zou kunnen zorgen dat de huizenprijzen nog verder stijgen. Je kunt alleen een starterslening krijgen als de gemeente waarin je een huis wilt kopen deze mogelijkheid biedt. In veel grote steden kan het niet, terwijl de startersproblematiek daar het grootst is.

Andere oorzaken

Er zijn diverse (andere) mogelijke oorzaken te noemen voor de daling van het aantal jongeren dat een starterslening afsluit. De starterslening sluit je af in combinatie met een normale hypotheek. Beide leningen sluit je af met NHG, waardoor je te maken krijgt met de geldende NHG-normen. De totale som van de starterslening en de hypotheek mag bijvoorbeeld niet hoger zijn dan 290.000 euro. Omdat de huizenprijzen steeds hoger liggen, en gemiddeld rond de 300.000 euro, kom je voor NHG (en dus voor de starterslening) niet in aanmerking. Daarnaast zitten jongeren tegenwoordig langer op school, beginnen ze later aan een carrière en kunnen daardoor ook later een huis kopen. Verder hebben ze vaak te maken met meerdere korte contracten, die de kans op een hypotheek verkleinen, en duurt het tegenwoordig gemiddeld langer voordat iemand een vaste relatie begint. Samen kun je immers een hogere hypotheek krijgen dan alleen.