Minder schulden in huishoudens


Het eerst kwartaal van 2019 laat zien dat de schulden van huishoudens zijn afgenomen. Voor het eerst sinds eind 2016. De grootste afname geldt dit keer niet voor de woninghypotheken, maar voor consumptief krediet en overige langlopende leningen. Dit meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

In de onderzochte periode namen de woninghypotheken toe, maar veel minder dan in de kwartalen ervoor. Daarnaast stegen de spaartegoeden en andere deposito’s met 7,4 miljard euro. Ter vergelijking: een jaar eerder was de stijging 1,8 miljard euro. Die stijging komt onder meer doordat huishoudens in het eerste kwartaal van dit jaar voor 6 miljard euro aan aandelen verkochten.

Banengroei

Het CBS geeft aan dat het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens in het eerste kwartaal van het jaar met 2,4 procent is gegroeid. Dat komt onder meer (vooral) door het gestegen aantal werknemersbanen (plus 2,5 procent)  en de gewerkte uren (plus 1,6 procent). Wel namen ook de betaalde belastingen en sociale premies toe. Als kanttekening bij deze cijfers geeft het statistiekbureau aan dat op basis van de genoemde cijfers niet gezegd kan worden dat elk huishouden er op vooruit gaat.

Nog meer groei

Naast het gestegen inkomen zijn de consumptieve bestedingen in de betreffende periode gegroeid. Met de prijsstijgingen rekening houdend, zijn die met 0,7 procent gegroeid in vergelijking met een jaar eerder. De individuele besparingen bedroegen in het eerste kwartaal 4,5 miljard euro (1,8 miljard euro meer dan een jaar ervoor). Deze besparingen vormen het deel van het beschikbaar inkomen, dat overblijft na de consumptieve bestedingen.