Zon, wind en biomassa leveren steeds meer op
Hernieuwbare energie, zoals energie uit zon, wind en biomassa, komt steeds meer voor. Het totale energieverbruik uit dergelijke bronnen in Nederland is in 2018 gegroeid naar 7,4 procent (6,6 procent in 2017). Dit heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) onlangs bekend gemaakt.
De toename is voor ruim de helft te danken aan een groter verbruik van biomassa, vooral in de vorm van biodiesel en biobenzine. Biomassa (vergisting, verbranding of vergassing van biologische materialen) is de grootste bron; deze manier beslaat 61 procent van de hernieuwbare energie. De bijstook van biomassa is echter niet zonder discussie. Deels bestaat deze bijstook uit afval uit Nederland en deels uit (de vereiste duurzaam geoogste) houtpellets die worden geïmporteerd. Of deze daadwerkelijk duurzaam geoogst zijn, is (volgens Greenpeace) lastig te toetsen.
Zon en wind
Het verbruik van zonne-energie nam in 2018 toe met 40 procent (grootste groei, toename capaciteit zonnepanelen). Toch blijft het aandeel van zonne-energie beperkt, namelijk 13 petajoule. Het verbruik van windenergie steeg met 4 procent (tot 36 petajoule). Het windmolenpark op zee bleef even groot. Op land kwamen er 66 windmolens bij en werden er achttien afgebroken. Het verbruik van hernieuwbare energie in Nederland kwam vorig jaar uit op 158 petajoule, dat is 13 procent meer dan in 2017.
Recente cijfers
Uit de mei-cijfers van Energieopwek.nl (een samenwerkingsverband van het Energieakkoord met diverse organisaties). blijkt dat in mei 2019 de productie van energie uit zon en wind hoger uitviel dan een jaar ervoor. De zon-opbrengst steeg met 25 procent. Windenergie liet een grillig beeld zien, bijvoorbeeld door windstille dagen in mei. Toch was er op land een plus van 15 procent te meten. Dit komt door de combinatie van meer opgesteld vermogen en toch nog wat winderige dagen in mei. De productie op zee daalde 15 procent in vergelijking met vorig jaar.